Oudenaarde
Stadhuis (1813)
MENU
Terug naar HOMEPAGINA
Terug naar INHOUDSOPGAVE
Het stadhuis van de Belgische stad Oudenaarde (provincie Oost-Vlaanderen) staat bekend als een voorbeeld van Brabantse laatgotiek. Het is opgetrokken op de plaats van het oude schepenhuis, waaraan de nu nog bestaande veertiende-eeuwse lakenhalle verbonden was.
In 1525 was het oude schepenhuis in verval en de kans was groot dat het zou instorten. Noodgedwongen werd een nieuw stadhuis opgetrokken, dit tussen 1526 en 1536.
Het oorspronkelijke plan werd niet volledig verwezenlijkt. De U-vormige aanleg die voorzien was, werd vervangen door een L-vormige. De rechterzijgevel, aan de Nederstraat, werd niet voltooid. Deze gevel, bestaande uit twee bouwlagen met bovenaan een weergang opgetrokken in Doornikse kalksteen, bevat zichtbaar delen uit het oude schepenhuis.
De twee aangebouwde traveeën uiterst rechts (een torenachtige constructie) met getralied venster, dateren uit 1509-1510. De getraliede ruimte was de archiefkamer. Het gelijkvloers fungeerde naar alle waarschijnlijkheid als opslagruimte, terwijl de eerste verdieping door het stadsbestuur werd gebruikt.
We weten dat het oude schepenhuis een belfort had, dat de voorgevel naar de Hoogstraat gericht was en dat het aan de zijde van de Markt door verschillende huizen was omgeven. De hierbij aansluitende lakenhalle in blauwsteen, heeft twee verdiepingen. Het gelijkvloers diende oorspronkelijk als stapelplaats voor het stedelijk brandweermateriaal en wapens, en de eerste verdieping als uitstal- en verkoopruimte.
Het Oudenaardse belfort werd op 1 december 1999 door de UNESCO tot werelderfgoed erkend.
Bij recente restauratie zijn de sculpturen op de torens vervangen door replica’s in een Noord-Franse steen, die beter bestand zouden zijn tegen luchtvervuiling.
Binnenin het gebouw is tegenwoordig het MOU Museum ondergebracht (Museum Oudenaarde en Vlaamse Ardennen), waar wandtapijten en zilverwerk worden tentoongesteld.
Tegen het stadhuis bevindt zich de Lakenhalle. Deze dateert uit de 14e eeuw en werd in de 17e eeuw gewijzigd. De lakenwevers konden in deze hal hun producten opslaan, bovendien werden ze er ook gekeurd.
(Bronvermelding: Wikipedia; Koninklijke Bibliotheek)